
Op 25 december 1973 wordt mijn vader 65 jaar. Hij is geboren op 25 december 1908, in Batavia.
Van 1957 tot 1973 werkt hij als arts-bacterioloog in het Westeinde ziekenhuis in Den Haag. Als hij 65 jaar zal worden besluit hij om na zijn pensionering nog door te werken. Hij vertrekt bij het Westeinde ziekenhuis en neemt een baan aan als directeur van het streeklaboratorium in Goes. Voordat hij daar zal gaan werken moet hij gekeurd worden. Tijdens die keuring wordt duidelijk dat hij longkanker heeft. Hij wordt geopereerd, de zieke long wordt verwijderd en hij begint toch met de nieuwe baan in Goes. Mijn ouders verhuizen van Haarlem naar Goes.
Enige tijd geleden, op zoek naar iets anders dat ik graag wilde gebruiken voor een blog op mijn website, vond ik tussen andere brieven en documenten een gedicht van mijn moeder Auk dat zij schreef voor zijn 65ste verjaardag. Zij hadden al gehoord van de nare ziekte die mijn vader getroffen had en ik vermoed dat de operatie nog niet had plaatsgevonden op het moment dat mijn moeder dit gedicht schreef.
Mijn moeder was vaak nogal afstandelijk, maar dit gedicht verwarmde mijn hart. Er spreekt liefde uit, er spreekt angst uit, er spreekt vertrouwen in God uit. Maar ook ongeloof is tussen de regels door te lezen.
Mijn vader werkte ongeveer twee jaar in Goes toen de ziekte weer verergerde. Dit keer met fatale afloop. Op 8 juni 1977 overleed mijn vader in het ziekenhuis in Utrecht. Hij was toen 68 jaar.
Mijn moeder werd 92 jaar en overleed in 2005. Zij moest 28 jaar zonder mijn vader leven.
Hieronder het gedicht dat mijn moeder schreef voor de 65ste verjaardag van mijn vader.
Van de envelop en het eerste kantje van het gedicht heb ik een scan gemaakt, de rest van het gedicht heb ik uitgetypt.


Voor de liefste, op zijn 65ste verjaardag.
Omdat ik het niet zeggen kan
is dit een stuntelig versje, dat
probeert je te vertellen, hoeveel ik van je hou.
Ze zeiden: “je merkt er haast niets van,
het komt langzaam naderbij,
het maakt je droef, het maakt je blij,
verleden en toekomst staan even stil, dan heet je een oude man”.
– dit is het wat ik zeggen wou,
omdat ik zoveel van je hou. –
We lachten en dachten: de ouden spreken hun wijze woorden,
maar wij voelen ons jong, wij voelen ons sterk.
wij hebben geen tijd, er is te veel werk.
Niet wij die het voelden, niet wij die het hoorden.
– dit is het wat ik zeggen wou,
omdat ik zoveel van je hou. –
En toch komt soms, zonder het te kunnen keren,
het verdriet en de wanhoop heel, heel dichtbij
dan wil je steeds roepen: niet wij, niet wij
we kunnen nog niet, we moeten het nog leren.
– dit is het wat ik zeggen wou,
omdat ik zoveel van je hou. –
Het is vast God, die ons nog tijd wilde geven,
om samen in het leven te staan.,
nog niet alleen hoeven verder te gaan,
dankbaar voor het geluk om samen te leven.
– dit is het wat ik zeggen wou,
omdat ik zoveel van je hou. –
Dit is het verhaal van wat zij voelt,
Die niet zo goed weet weer te geven,
wat jij voor haar bent, nu al een lang leven.
Och neem het maar zoals het is bedoeld.
– dit is het wat ik zeggen wou,
omdat ik zoveel van je hou. –