Beheermij ‘Merito’, directeur Henricus Willem van Hardeveld. Een sprekende, adviserende, filosofische en schrijvende pinautomaat en het oliemannetje van oom Bram.
Februari 2023 kon ik een groot archief in de Baarsjes in Amsterdam-west in ontvangst nemen.
Een mij onbekend telefoonnummer belde mij en ik nam niet op. Even laten ontving ik een whatsapp van hetzelfde mobiele nummer waarin stond dat men mij graag even aan de telefoon zou willen krijgen omdat er al 30 jaar een onordelijke stapel dozen in het magazijn daar stond met documenten waar de naam Dunlop heel erg veel in voorkwam. Dus weer een telefoontje en ik kreeg een meneer aan de telefoon die vroeg of ik die dozen zou willen hebben. Omdat hij daar alleen graag een bos bloemen voor wilde hebben én het verzoek zelf de dozen op te komen halen ging ik akkoord met dat voorstel.
In die dozen zaten documenten waarvan later bleek dat het een archief was van van H.W. van Hardeveld. Hij had nauwe contacten met mijn oudoom G.A. Dunlop (oudoom Bram). Met een vriend ben ik vervolgens de dozen gaan ophalen uit Amsterdam.
Toen ik thuis de dozen ging uitpakken was het eerste dat het daglicht zag een pakket met prachtige gekleurde prenten van Indische vruchten. Ook een bijbehorend script kwam boven water. Dat project heb ik als eerste aangepakt. Ik heb er een blog aan gewijd op deze website:
Hopelijk is er meer met dit pakket te doen dan het alleen op deze website te plaatsen. Wie weet kan het nog eens als boek worden uitgegeven zoals eigenlijk de bedoeling geweest was.
En dan nu het eerste blog over het tweede project de brieven aan en van meneer van Hardeveld.
In één van de dozen vond ik mappen vol met brieven, geschreven en getypte exemplaren en allerlei verschillende documenten die met die brieven te maken hadden. In die brieven speelde één man een centrale rol. Die man heette meneer H.W. van Hardeveld.
H.W. van Hardeveld was directeur van de beheersmaatschappij Merito en later De nationale Trustmij. In deze twee maatschappijen werd het geld en het vermogen van o.a. handelsfirma E. Dunlop & Co, een handelsfirma in Nederlands-Indië, beheerd. Een handelsfirma van mijn grootvader E.W.Dunlop, die getrouwd was met H.C. Dunlop-Buurman van Vreeden, mijn grootmoeder.

De firma E.Dunlop & Co is in 1878 opgericht door E.W. Dunlop, mijn overgrootvader, die heel jong overleed.

Zijn zoon, óók een E.W.Dunlop kreeg rond 1920 de leiding over het bedrijf. Zijn compagnon was Johan Rudolf Mikkers, die in 1922 overleed. Johan Rudolf was een neef van de moeder van E.W.Dunlop, mijn overgrootmoeder Anna Maria Mikkers, Over haar heb ik ook een blog geschreven:
Johann Rudolf Mikkers, die ongetrouwd was, liet zijn vermogen na aan zijn compagnon E.W. Dunlop en het vruchtgebruik aan twee nog in leven zijnde zusters van hem.

In 1936 werd de beheermaatschappij Merito opgericht, een Naamloze Vennootschap met als comparanten Eduard Willem Dunlop, koopman en mijn grootvader en Hendricus Willem van Hardeveld, Handelsgëmployeerde . Meneer van Hardeveld is lid van de raad van beheer en directeur van de Beheermaatschappij Merito.
Ongeveer tussen de jaren 1942 en 1962, de oorlogsjaren en de jaren daarna, werden er een kleine 1000 brieven en andere documenten geschreven en verzameld door leden van de Dunlop familie en door mensen die met hen te maken hadden en door de schrijfsels van deze mensen, die ik nu ga voorstellen, en de wijze waarop de heer van Hardeveld op hen reageerde , wordt een prachtig, bijzonder, soms schurend beeld van deze familie, mijn familie, gegeven. Ik scande vele, vele pagina’s. Sommige brieven bestonden uit twee of veel meer pagina’s.
Mijn oma Dunlop, mevrouw Helena Carolina Dunlop-Buurman van Vreeden schreef de meeste brieven aan meneer van Hardeveld.

Dat waren er rond de 250. Zij had een mooi handschrift en een aansprekende, vaak humoristische manier van schrijven. In haar brieven vraagt zij regelmatig advies aan de heer van Hardeveld, is vaak vol lof over wat hij allemaal voor haar doet, maar zij kan ook uitermate bozig, kritisch, onaardig en vilein zijn. De heer van Hardeveld reageert altijd beleefd, maar geeft haar soms ook advies waar de nodige kritiek in doorklinkt. Kortom… ze zijn aan elkaar gewaagd.
Mijn grootmoeder trouwt in januari 1906 met Eduard Willem Dunlop. Zij wonen in het begin van hun huwelijk in Soerabaja, krijgen daar hun eerste zoon, die óók Eduard Willem wordt genoemd en verhuizen dan naar Batavia. In 1908 wordt de tweede zoon geboren, Samuel Johannes Cornelis Dunlop, die in 1947 mijn vader zal worden. 1918 wordt er een dochter geboren, Helena Anna Maria en in 1922 de derde zoon, Martinus Johannes.
Rond 1923 vertrekken zij naar Nederland en betrekken een villa in Bloemendaal.
Op deze website over de architect Jacob van den Ban is veel informatie te vinden over alle panden die deze architect in Haarlem en omgeving heeft gebouwd. De villa ‘De Eikenhof’aan de Rijperweg 7 in Bloemendaal hoorde daar ook bij.
https://ilibrariana.wordpress.com/2013/09/13/bouwwerken-van-architect-jacob-van-den-ban-in-bloemendaal-en-heemstede/
Maart 1935 woedt er een grote brand in een ander pand van de firma E. Dunlop& Co in Bloemendaal. Het is het kantoorpand annex woonhuis van de conciërge aan de Bloemendaalseweg.
Villa ‘de Eikenhof wordt in de eerste oorlogsjaren (WO II) in beslag genomen door de Duitsers. De familie vestigt zich dan in Den Haag in een appartementencomplex aan de Statenlaan in Den Haag en later in een appartement aan de Alexander Gogelweg. In 1942 overlijdt mijn grootvader Eduard Willem op 61 jarige leeftijd. Hij was al een tijd ziek. Door een conflict met de Duitsers moet oma de flat aan de Alexander Gogelweg verlaten en wordt zij geevacueerd en gaat naar Voorthuyzen op de Veluwe.. Haar vermogen en inkomen wordt beheerd door Merito, de beheersmaatschappij die in 1936 door haar echtgenoot en de Heer Hardeveld was opgericht.
De overige briefschrijvers bestaan uit de vier kinderen van oma Dunlop en hun (ex-) echtgenotes en echtgenoot en nog een paar andere mensen.
Oudste zoon is Eduard Willem, bij mij bekend als oom Eddy.

Hij is geboren op 14 december 1906 in Soerabaja. In 1936 trouwt hij met Beatrix Westerman Holstijn. Maart 1937 krijgen zij een zoon, die ook de naam Eduard Willem krijgt. Bij mij bekend als mijn neef Eddy. In 1946 wordt dit huwelijk ontbonden en in hetzelfde jaar trouwt Eddy met Hendrika Dorothea Moen, bij mij bekend als tante Henny.

Eddy is piloot en gezagvoerder bij K.L.M. en wordt door zijn moeder in de brieven ‘de vlieger of de vliegenier’ genoemd.
Tweede zoon is Samuel Johannes Cornelis, bij mij bekend als mijn vader, zijn naam is Sam.

Hij is geboren op 25 december 1908 in Batavia. In 1942 trouwt hij met Aukje Heilken Reindersma, bij mij bekend als mijn moeder, Auk wordt zij genoemd.

Sam is arts-bacterioloog en wordt door zijn moeder regelmatig ‘de dokter’ genoemd.
11 maart 1918 wordt in Batavia Helena Anna Marie Dunlop geboren, de enige dochter van oma Dunlop, bij mij bekend als tante Els.

21 december trouwt zij met Albert Ascanius Hosang. Hij is in 1906 geboren, dus 12 jaar ouder dan Els en al een keer eerder getrouwd geweest. Hij is bij mij bekent als oom Ab.

Begin 50ger jaren komt Sven Hinloopen als ‘gezelschapsdame’ bij tante Els wonen, bij mij bekend als tante Sven.

Tante Els is nogal ziek geweest en kan niet goed meer alleen leven. Persoonlijk denk ik dat Els en Sven ook bij elkaar waren omdat ze van elkaar hielden. Ze deden heel veel samen en lieten elkaar nooit in de steek.
Tenslotte komt als vierde kind op 7 september 1921 de derde zoon van oma Dunlop ter wereld. Hij heet Marinus Johannes en is bij mij bekend als oom Mar.

Hij treedt op 6 april 1946 in het huwelijk met Carolina Adolfina Tjeenk Willink en zij is bij mij bekend als tante Lien.

Mar heeft in Wageningen gestudeerd en werkt in de voedselindustrie.
En er zijn nog andere brievenschrijvers die van zich doen gelden zoals daar zijn ‘de belastininstanties’, een huurbaas, een makelaar e.a. en zelfs de Nederlandse regering krijgt een brief van mijn grootmoeder. Deze brieven komen in de loop van het verhaal vanzelf naar voren.
Één ding waar ik het nog graag over wil hebben in dit inleidende blog, is het handschrift van de diverse mensen die brieven schrijven. Men heeft een mooi gelijkmatig rechtlopend handschrift zoals mijn oom Eddy, of men schrijft de brieven in een goed leesbaar over het algemeen zwierig en barok handschrift zoals bijvoorbeeld mijn oma Dunlop, die brieven zijn wat dat betreft een feest om te lezen. Overigens zijn haar brieven ook om andere redenen een feest om te lezen. Ook is er iemand die gebruik maakt van een volkomen onleesbaar handschrift. En dat is Sam, mijn vader, die arts is. Het verhaal gaat dat mensen die geneeskunde studeren vanzelf een onleesbaar handschrift krijgen en dat is omdat ze zo ontzettend veel en zo snel aantekeningen moeten maken tijdens de studie. Als dat zo is, dan is Sam mijn vader daar een schoolvoorbeeld van. Van de geschreven brieven die in dit archief te vinden zijn van mijn vader zijn de meeste op het kantoor van meneer van Hardeveld overgezet naar een getypte versie. Bij een paar van die brieven is dat niet gebeurd en die heb ik dan ook niet kunnen ontcijferen. Gelukkig heeft mijn vader ook al vanuit zichzelf veel van zijn brieven getypt, niet altijd zonder typfouten overigens. In dit verband nog een kleine grappige anekdote. Van 1960 – 1963 zat ik op een kostschool in zuid-Nederland, in Vaals, dat waren de eerste drie jaren van mijn middelbare school. Mijn moeder schreef mij iedere week een brief over wat er zich thuis allemaal afspeelde in een prachtig goed te lezen handschrift. Echter… als er iets vemanends geschreven moest worden, ik was in die jaren niet altijd een braaf kind, schreef mijn vader mij een brief. De eerste schreef hij ook echt in zijn onleesbare handschrift en die brief heb ik ongelezen laten liggen. Toen ik dat thuis vertelde heeft hij de volgende brieven altijd getypt en die kon ik natuurlijk niet ongelezen laten.
Alle brieven zijn gescand, omdat het om meer dan 1000 gescande documenten gaat worden die niet allemaal integraal opgenomen. Ik heb daar een keuze in gemaakt. Uiteindelijk bestaat dit verhaal uit een aantal blogs.
Naar aanleiding van al deze brieven zou ik naar een heleboel kwesties (questies zoals oma Dunlop ze in haar brieven altijd noemt) natuurlijk nog diepgaand onderzoek kunnen doen. Voorlopig doe ik dat niet omdat de tijd mij daar gewoonweg aan ontbreekt.
Ik lees de brieven, probeer er een aantal belangrijke en steeds terugkerende thema’s uit te filteren en neem stukken van diverse stukken op in mijn verhaal ter illustratie.
Een voorbeeld van een paar thema’s die aan de orde zullen komen:
- De tweede wereldoorlog
- De woonsituatie van mijn oma Dunlop
- De tijd 1945-1950 in Nederlandsch Indië door de ogen van mijn oma Dunlop en anderen.
- Tusculum, het laboratorium, apotheek, laboratorium- en apotheekopleiding, die zich aan het eind van de oorlog in Velp bevonden en waar mijn vader Sam werkzaam en een van de directeuren was.
- Het vertrek naar en verblijf in Indië van mijn vader en later ook mijn moeder en 3 kinderen. Én het is ook de tijd waarin ik in 1947 in Soerabaja ter wereld kwam.
- Hoe oma Dunlop over andere mensen dacht en schreef.
- En nog diverse andere kleine thema’s
Voor de meeste thema’s zullen de brieven leidend zijn… echter, ook kan het zijn dat er in de brieven onvoldoende feitenmateriaal wordt aangeleverd zodat ik ook mijn fantasie en inlevingsvermogen zal gaan aanspreken.
Aan het eind van dit blog een paar familiefoto’s die vrijwel allemaal gemaakt zijn in de tijd dat ‘de brieven’ geschreven werden. Dus zo ongeveer van 1944 – 1962




















Smaakt naar méér!