De eerste vier dagen van juni 1997 liepen wij nog in België, in de Ardennen om precies te zijn. De laatste verblijfplaats in België was het plaatsje Bouillon. Boven het stadje torent een mooi kasteel waar ook Godfried van Bouillon verbleef.

En op vijf juni passeerden wij de Belgisch / Franse grens en brachten voor het eerst de nacht in een Frans hotel door in de plaats Sedan.
Juni kan in het kort gekenschetst worden met regen, heel warm, foutlopen, maar uiteindelijk altijd de route weer terugvinden. De overnachtingen waren divers, regelmatig kamperen, soms op een camping, soms bij iemand in de achtertuin,

Regelmatig verbleven we in hotels en ook in chambres d’hotes. gîtes zijn in deze streek nog niet heel veelvuldig te vinden, al hebben we in juni ook een paar keer in en dergelijk onderkomen overnacht.
Een paar vermeldenswaardige overnachtingen zijn het beschrijven nog waard. Twee nachten sliepen we in Granpré bij een boer en zijn gezin. We hadden daar een mooi onderkomen. Ook het avondeten konden we daar gebruiken. Wat ik me van die twee avonden nog kan herinneren is het feit dat we tijdens het eten een eindeloos verhaal kregen voorgeschoteld van de boer over de Franse geschiedenis. Het was twee avonden lang een eindeloze monoloog over de Franse koningen en alle oorlogen die er in de loop van de geschiedenis gepasseerd waren. Uiteraard was het Frans niet allemaal erg te volgen, wat niet echt gaf, want de meneer in kwestie ratelde en ratelde maar door en was niet geïnteresseerd in ons commentaar. Ondertussen werd het eten door zijn vrouw geserveerd en als ik me goed herinner waren er ook nog twee kinderen die aan de dis zaten en die volgens mij deze verhalen van hun vader al vele, vele malen gehoord hadden.
Na het verblijf in Grandpré liepen we naar Varennes-en-Argonne. Redelijk tot mooi weer toen we aankwamen, eenmaal geïnstalleerd brak er een enorm onweer los.


Een paar dagen later kwamen we in Clermont-on-Argonne aan. Daar bleken merkwaardig genoeg alle hotels vol te zijn. En dat bleek pas zo te zijn als men hoorde dat wij honden hadden. Men raadde ons aan naar een camping even buiten het stadje te gaan. Je moest dan evenwel een nogal steile helling beklimmen en toen we daar bepakt en bezakt aankwamen bleek de camping opgeheven te zijn. De receptie was gesloten. Er stonden wel een paar caravans met alleen maar mannen.

Dat bleken wegwerkers te zijn die door de week daar in die omgeving werkten. Het sanitair, w.c.’s en douche waren wel open, maar niet heel erg schoon. De camping bleek al enige keren bezocht te zijn door een noodweer en omdat de camping op een helling lag waren er veel omgewaaide en afgeknapte bomen. Wij hebben het tentje daar opgezet. De volgende ochtend zijn we nog eens terug gegaan naar een van de hotels om koffie te drinken. Mevrouw bediende ons en wij vroegen of er nu dan misschien wel een kamer was in het hotel. Dat was het geval. Uiteraard vroegen wij of de honden ook welkom waren. Dat was zo. Wij wilden nog een dag extra in het stadje blijven. Wij hesen ons dus de bult weer op. Pakten de tent en al onzen spullen in en gingen de bult weer af. In het hotel troffen wij de patron aan. Nee…. De honden mochten er niet in zei hij. Dit gezegd hebbende is Francien met een enorme Franse scheldkanonnade begonnen. Waar ze het allemaal vandaan haalde, vraag het me niet, maar het was indrukwekkend. Ik kon eigenlijk niet veel anders uitbrengen dan “scandaleuse” en ik geloof niet dat de patron daar erg van onder de indruk was. Maar…. de scheldpartij had niet het resultaat dat wij alsnog een kamer kregen, dus….moesten wij de berg weer op met alle bagage. Daar aangekomen werden wij met verbazing door de daar aanwezige mannen begroet. Zij zeiden dat we de nacht wel in de ‘gewezen’ receptie van de camping konden doorbrengen. Dus.. de tent hoefden wij niet weer op te zetten. Het slot van de receptie was makkelijk te kraken en wij hebben daar een aangename dag en avond doorgebracht.

Enige dagen later hadden wij ook een bijzondere overnachtingsplek. Wij kwamen aan bij een hotel dat ons aangeraden was onderweg. Een hotel/restaurant was het, had men ons lekker gemaakt. Verder weg dan wij dachten kwamen we inderdaad bij het beloofde hotel. Gesloten was het… er was wel iemand, die ons aanraadde dan ons tentje maar naast het parkeerterrein in het gras neer te zetten. Tja.. dat doe je dan.

Ook in het restaurant konden wij niet terecht. Wij kregen als 2 zwervers wel een gratis fles limonade aangereikt. ’s Morgens ook nog gratis 2 croissants toebedeeld gekregen en wat schetste onze verbazing toen wij ’s morgens vroeg onze tent uit kropen… vóór het hotel stond een grote bus waar een hele lading bejaarden instapte, die in het hotel overnacht hadden!
Enige dagen later hadden we een overnachtingsadres dat óók niet onvermeld mag blijven. Wij zouden in het plaatsje Gondrecourt-le-chateau een collega van mij ontmoeten, Ellie.

Zij was samen met haar echtgenoot Fred op weg naar Zuid-Frankrijk, waar zij een caravan hadden staan. Vanuit Nederland zouden zij een paar spulletjes voor ons meenemen en wij zouden wat dingen aan hen meegeven, die wij niet meer nodig hadden. De madame van de gîte was aardig voor ons en aardig voor de honden, maar zij was nogal geobsedeerd door netheid en schoon in huis. De vloeren bijvoorbeeld waren spiegelglad, Bij het betreden van het huis moesten onze schoenen uit en stonden er slofjes klaar die we aan moesten. Op die spiegelgladde vloer was lopen op slofjes nogal een hachelijke onderneming. Ook de poten van de honden moesten iedere keer bij binnenkomst grondig gereinigd worden. De mevrouw was daar heel punctueel in en kwam nogal over als een zenuwpees. Ik zelf werd daar ook enigszins gestrest van.
Het Belgische Ardennengebied lieten we op vijf juni dus achter ons en al snel maakten we kennis met het Noord-Franse landschap. Eindeloze graanvelden en agrarische gebieden met rechte wegen en weinig bos. De leuke plaatsen waar we doorkwamen waren Bar-le-Duc en Vittel, allebei namen die bekend zijn door het bronwater.
In Bar-le Duc kwamen we bij het binnenlopen van het stadje een groepje wandelaars tegen. Toen zij hoorden dat wij vanuit Nederland te voet op stap waren naar de Pyreneeën werd er hartelijk voor ons geklapt. In Bar-le Duc ging ik naar de kapper en vroeg daar of het ‘très court’ kon:

En dit was een mooi plekje in Vittel.

Een begrip en naam die we in die buurt ook regelmatig tegenkwamen was Jeanne d’Arc.

Zij is in deze omgeving geboren. Haar geboorteplaats is Domremy-la-Pucelle. Daar hebben wij op 23 juni overnacht.
Opvallend waren ook nog de oorlogsbegraafplaatsen waar we in deze streek veelvuldig langs kwamen. Noord-Frankrijk staat bekend om het feit dat hier tijdens de eerste wereldoorlog enorm gevochten is en daar waren al die plekken heel duidelijk getuigen van.

Wat het weer betreft was het wederom een zeer afwisselende maand. Heel veel regen, ik heb wel eens jankend in het bos op een boomstam gezeten omdat ik zo genoeg kreeg van al die plensbuien en plassen. Maar daartegenover ook soms heel warm en zonnig en alles daartussenin.

In deze maand bleek steeds vaker dat het nogal moeilijk was om ‘samen’ de route te doen. Waarom? Omdat we daar nogal eens in discussies terecht kwamen, die niet prettig waren. Naar aanleiding daarvan hebben we een afspraak gemaakt. De ene week zal één van ons de route ‘voorlopen’. De ander loopt daar achteraan en geeft geen commentaar, ook al denkt zij dat de voorloper hartstikke fout loopt, de ander zorgt in die week voor het onderdak én voor het avondeten, óók wat betreft de honden.
De spreuken van Francien in juni.
De foto’s zijn van Heldine.
ZONDAG 1 JUNI: (Mon idee. Hotel)
Het leven van een zin voorzien, is een persoonlijke zaak met toeval als niet te vergeten ingrediënt.

MAANDAG 2 JUNI: (Bouillon. Hotel)
Oude wijsheden tot clichés versleten, worden na herformulering opnieuw wijsheden.

DINSDAG 3 JUNI: (Bouillon. Hotel)
Een goed maatje is een tweede ruggengraat.

WOENSDAG 4 JUNI: (Bouillon. Hotel)
Actie en reactie, de top en het dal van iedere golf.

DONDERDAG 5 JUNI: (Sedan. Hotel)
De ontdekkingsreiziger weet nooit op welk tijdstip precies, zij een grens overschrijdt.

VRIJDAG 6 JUNI: (Chemery-sur-Bar. Kamperen in tuin van Chambres d’hotes)
Het eeuwige lijkt minder eeuwig als je niet weet dat het eeuwig is.

ZATERDAG 7 JUNI: (Les grandes Armoises. Kamperen in tuin van café)
Iedere stap in de goede richting, hoe klein ook brengt je dichter bij je doel.

ZONDAG 8 JUNI: (Buzancy. Camping)
Volwassenheid is als alle natuurverschijnselen een aaneenschakeling van momenten.

MAANDAG 9 JUNI: (Grandpré. Chambres d’hôtes en tables d’hôtes)
De ruimte maakt de tijd, een formule.

DINSDAG 10 JUNI: (Grandpré. Chambres d’hôtes en tables d’hôtes)
Als je overal volkomen zeker van wilt zijn, moet je niet leven. (leven is risico nemen)

WOENSDAG 11 JUNI: (Varennes-en-Argonne. Hotel)
Een dief is een dief ook al is er een heler.

DONDERDAG 12 JUNI: (Clermont-en-Argonne. Opgeheven camping)
Van het dal naar de top en in het dal de top blijven zien.

VRIJDAG 13 JUNI: (Clermont-en-Argonne. Opgeheven camping, in voormalige receptie)
Een moedig mens heeft geen leugen nodig om overeind te blijven.

ZATERDAG 14 JUNI: (Triaucourt-en-Argonne. Hotel)
Gastvrijheid ligt soms op een zijweg.

ZONDAG 15 JUNI: (Bar-le-Duc. Hotel)
De pen van de schrijver maakt waarschijnlijkheid tot waarheid.

MAANDAG 16 JUNI: (Bar-le-Duc. Hotel)
Zelfbedrog is de indringendste vorm van bedrog.

DINSDAG 17 JUNI: (Bar-le-Duc. Hotel)
In volkomen harmonie met jezelf komen, kan een levensdoel zijn. (met je haar een deel van jezelf wegdoen)

WOENSDAG 18 JUNI: (Petit- Maulan. Kamperen op parkeerplaats van Hotel)
Plannen voor jezelf is moeilijk, plannen voor een ander bijna onmogelijk.

DONDERDAG 19 JUNI: (Couvertpuis. Gîte rural)
Verwacht niet, maar verwonder je over wat je niet verwacht.

VRIJDAG 20 JUNI: (Bonnet. Kamperen op plaatselijke picknickplaats)
Als je je harnast worden dalen gevuld en bergen geslecht.

ZATERDAG 21 JUNI: (Gondrecourt-le-Chateau. Chambres d’hôtes)
Het leven is een landkaart met witte vlekken, des te meer er ingevuld worden, des te completer wordt het.

ZONDAG 22 JUNI: (Gondrecourt-le-Chateau. Chambres d’hôtes)
De landkaart van het leven heeft niet voor iedereen dezelfde schaal.

MAANDAG 23 JUNI: (Domremy-la-Pucelle. Camping municipale)
Blijf lopen zolang je lopen kunt.

DINSDAG 24 JUNI: (Neufchateau. Hotel)
Ook kleine duwtjes laten de bal rollen.

WOENSDAG 25 JUNI: Rouvres-la-Chetives. (Hotel)
Aan geluk (de meevallers) wen je sneller dan aan ongeluk. (de pech, tegenvallers)

DONDERDAG 26 JUNI: (Lacs de la Folie. Hotel)
Het is efficiënter je bezig te houden met je eigen tekortkomingen, dan met die van een ander.

VRIJDAG 27 JUNI: (Vittel. Hotel)
Je reactie op gebeurtenissen wordt mede bepaald door je verwachtingspatroon.

ZATERDAG 28 JUNI: (Vittel. Hotel)
Geef de ander de ruimte die je voor jezelf eist.

ZONDAG 29 JUNI: (Lamarche. Hotel)
Lachen, glimlachen, grimlachen om moeilijke situaties is te verkiezen boven jammeren.

MAANDAG 30 JUNI: (Bourbonne-les-bains. Hotel)
Het causale verband tussen feiten en daardoor ontstane ongenoegens is niet altijd aanwezig.
